Het rad als symbool van de loop van de zon door het jaar

1 January 0001

Het rad als symbool van de loop van de zon door het jaar

door Boppo Grimmsma

Inleiding

Korte schemerige dagen vol van nevelen, lange donkere koude nachten, sneeuw ijs en gure wind. In de twaalf dagen rond oud en nieuw geloofden onze voorouders dat het zonnerad tot stilstand was gekomen. Met veel gejoel, grote vuren en een brandend wagenwiel moest het zonnerad weer in beweging gezet worden.

Landbouw is in gematigde streken onderworpen aan de seizoenen winter, lente, zomer en herfst. De beste zaai- en oogsttijden zijn te voorspellen aan de hand van de plek waar de zon aan de horizon opkomt en ondergaat. Daarmee is namelijk de daglengte te bepalen, en daglengte is bepalend voor het groeiseizoen van voedingsgewassen. Het mag dan geen wonder heten dat de zon en de loop van de zon een belangrijke rol speelt in de geloofsbeleving van de Germanen.

De belangrijkste heidense feesten werden ook door de loop van de zon bepaald (uit: Buschan):

  • Het midzomerfeest, de zomerzonnewende op 21 juni als de zon haar hoogste stand bereikte, werden frô-vuren of fronvuren ontstoken (gekerstend als Sint Jan).
  • Het midwinterfeest, Joel, de winterzonnewende op 21 december als de zon haar laagste stand bereikt (gekerstend als Kerstmis).
  • Voorjaarsevening, rond 21 maart werd met een gewijde ploeg de eerste voor in een akker getrokken, waarna een godenbeeld en offerdieren een ommegang om het veld maakten. Het geheel ging gepaard met een feest (gekerstend als Mariaverkondiging; in de volksmond “Ploegmaria”).
  • Najaarsevening, rond 21 september werd het oogstdankfeest voor Wodan gehouden. Dit ging gepaard met een grote hoeveelheid offers en feesten (gekerstend als Kerkwij-feest).

De zon werd verbeeld door rad- en schijffiguren die op steen en gebruiksvoorwerpen afgebeeld zijn. Het rad komt al voor op dekstenen van hunebedden uit de jongere steentijd.

In de bronstijd zijn veel cirkelvormige symbolen gegraveerd in steen samen met mensfiguren en boten. De ligging van deze stenen is vaak op het zuiden en oosten (de zonzijde). Al in 1906 opperden de onderzoekers Hilander en Almgren een religieuze betekenis van de symbolen en het bewijs voor een zonnecultus in de bronstijd.

In dit artikel wordt de achtergrond van het rad als symbool van de loop van de zon door het jaar beschreven.

De geschiedenis van het rad als religieus symbool

Jongere steentijd

Het rad komt al voor in hunebedden. In een ganggraf uit de jongere steentijd in de buurt van Vester Saaby (Denemarken) staan radfiguren aan de onderzijde van dekstenen. (AGR §71)

Bronstijd

In het zuiden van Zweden, Noorwegen, Denemarken en Noord-Duitsland worden op grote schaal ingegraveerde figuren (mensen; schepen; bomen; het rad) op de rotsbodem aangetroffen. Onderzoekers gaan ervan uit dat ze een belangrijke bron zijn voor de Germaanse en Pre-germaanse religie. Het is moeilijk om uit de afbeeldingen Germaanse mythen te herleiden, maar verschijningsvormen van de Germaanse culten zijn duidelijk te herkennen. (uit: Schier)

Het rad komt bijzonder vaak voor als symbool op deze rotsfiguren. Vaak in combinatie met een schip, een wagen of gedragen/vereerd door personen. In de Indo-Europese literatuur (Griekse en Indische) wordt beschreven hoe de zon iedere dag met paard en wagen langs de hemel getrokken wordt. Iedere nacht vaart de zon per schip van het westen naar het oosten. Het rad op deze rotstekeningen symboliseert de zon.

Van links naar rechts: twee mensfiguren en het zonnerad (uit Bohuslän, Zweden); twee keer het zonnerad op een staander (uit Bohuslän, Zweden); het zonnerad op schepen (uit Zweden en Denemarken). (uit: Kaul, 1998)

IJzertijd tot nu

In het Friese terpengebied zijn amuletachtige ronde schijfjes van hertshoorn gevonden. Ze stammen uit de Merovingische en Karolingische tijd. Door de tijd heen werd aan hertshoorn magische eigenschappen toegeschreven, die in de sfeer van vruchtbaarheid lagen. In sommige gevallen is er op het hangertje een zessprakig rad (een zesster) gekerfd. De functie van het hangertje bevestigd het feit dat het rad erop een symbolische functie had. Omdat de hangertjes de vruchtbaarheid moesten bevorderen, is het niet te vergezocht om in het rad een zonnesymbool te zien (de zon is immers de brenger van vruchtbaarheid).

3 hertshoornschijfjes gevonden in het Noord-Nederlandse kustgebied. (uit: Roes; 1963)

Reconstructie van een hertshoornschijfje gevonden in een crematiegraf uit de Driesumerterp. (uit: Knol; in Bierma 1988)

Ook uit volksgebruiken is het rad of wiel als zonnesymbool bekend. In Europa is het een wijd verbreid gebruik om met een ‘vuurrad’ te rollen. Met midzomernacht (St. Jan) wordt een met stro omvlochten wagenwiel brandend van een berg gerold. (AGR §316)

Met midwinternacht wordt in sommige streken van Sleeswijk een wagenwiel door het dorp gerold. (AGR §316)

Met het rollen van een rad wordt de zonneloop nagebootst, om deze in zijn loop door het jaar bij te staan. (AGR §316)

Bij geveltekens op boerderijen uit de 17e, 18e en 19e eeuw in Twente, de Achterhoek en Friesland komt het rad vaak voor. Het is niet te zeggen of het rad een symbolische of een decoratieve functie gehad heeft. Een symbolische functie is niet uit te sluiten, daar een boerderij bij uitstek baat heeft bij een vruchtbaar jaar.

Twee Ûleboerden uit Friesland. Een met een viersprakig rad, een andere met een vier- en zessprakig rad. (uit: Molen, 1981)

Drie geveltekens van boerderijen uit Alten Lande bij Hamburg. (uit: Buschan, 1936)

Al op Gotische kerken komt het zessprakig rad veelvuldig voor. Het rad heeft dus ook een symbolische betekenis voor de christelijke geloofsleer. Door de heidense oorsprong van het zonnerad is de stelling dat het zessprakig rad een gekerstend heidenssymbool is, wel te rechtvaardigen. Te meer als we weten dat het gekerstend is als: ‘Christus, Licht van de wereld’.

Ook in de wereldlijke sfeer, bijvoorbeeld de volkskunst, komt het rad in al zijn verschijningsvormen veel voor; in hoeverre dit decoratief is of als symbool valt niet te zeggen.

Het rad als symbool voor de loop van de zon door het jaar

In de Indo-Europese literatuur (Griekse en Indische) wordt beschreven hoe de zon iedere dag met paard en wagen langs de hemel getrokken wordt. Iedere nacht vaart de zon per schip van het westen naar het oosten.

De afbeeldingen van schepen, paarden en het zonnerad op scheermessen uit de bronstijd, rotstekeningen en de ‘zonnewagen van Trundholm’ bewijzen dat soortgelijke voorstellingen ook in Scandinavië gangbaar waren. (Kaul; 1998)

Ik ben van mening dat het rad als symbool een andere, belangrijkere, betekenis had. De reis van de zon door één etmaal (dag/nacht) is voor noordelijke boeren niet echt belangrijk. Veel belangrijker is de reis die de zon aan de hemel maakt gedurende één jaar. Aan de hand van die gegevens kunnen zaai- en oogstdatums bepaald worden.

Hoe de Germanen de zaai- en oogstdata symbolisch verbeeld hebben in het 4-, 6- en 8-sprakige rad heb ik hieronder uitgewerkt. Let wel: dit blijft speculatief.

Tijd en ruimte

In de beschrijving ziet men een figuurtje naar het zuiden kijken. Hij ziet in het oosten de zon opkomen en in het westen ondergaan. Ook merkt hij dat in de loop van het jaar de zon steeds hoger aan de hemel komt te staan, tot aan de 21 juni. Daarna zakt de zon weer lager aan de hemel tot de zon op 21 december op zijn laagst staat. Verbinden we de horizonpunten van opkomende en ondergaande zon op 21 juni en 21 december met elkaar, dan krijgen we een ‘maalrad’. Verbinden we de horizonpunten van de dag- en nachtevening met elkaar dan krijgen we het zessprakige rad. Als we de zuid/noordlijn invoegen, dit is de lijn waarop de zon van laagste naar hoogste punt beweegt, krijgen we een achtspakig rad.

Tijd en daglengte

De zonneloop kan ook uitgezet worden in tijd en daglengte. In het voorbeeld is op de x-as één jaar in maanden uitgezet. Op de y-as staat de variatie in daglengte, waarbij -1 de kortste dag is en +1 de langste dag. Als we het hoogste punt (21 juni), het laagste punt (21 december) en de dag- en nachteveningen (21 maart en 21 september) tegen op een cirkel uitzetten krijgen we het staande viersprakige rad. Zouden we nog een keer alle tussenliggende tijdstippen aangeven, dan ontstaat het achtspakige rad.

Verschillende typen

Tot slot alle zonneraden op een rij:

  1. De cirkel: heel ongedeeld jaar, ring van het jaar zonder begin en eind.
  2. Gedeelde cirkel: het jaar verdeeld in een zomer- en winterperiode (lijn; boven is midzomer, onder is midwinter). In de Oud-Engelse runenrij staat de ‘gedeelde cirkel’ bekend als gear (jaar).
  3. Viersprakig staand rad: het jaar in vier seizoenen gedeeld (zomer, herfst, winter, lente).
  4. Viersprakig schuin rad: het jaar verdeeld volgens opkomen/ondergaan van de zon in zomerzonnewende en winterzonnewende.
  5. Zessprakig rad: het jaar verdeeld volgens opkomen en ondergaan van de zon in zomerzonnewende, winterzonnewende en dag- en nachtevening.
  6. Achtspakig rad: het jaar verdeeld volgens opkomen en ondergaan van de zon in zomerzonnewende, winterzonnewende, dag- en nachtevening en noord-zuidlijn.

Literatuur

Bierma, M. e.a., Terpen en Wierden in het Fries-Groningse kustgebied, 1988
Buschan, G. Altgermanische Überlieferungen, 1936
Kaul, F., Bronzealderens både, 1998
Molen, van der S.J., Uileborden, 1981
Roes, A., Bone and Antler Objects from the Frisian Terp-Mounds, 1963
Schier, K., Skandinavische Felsbilder als Quelle für die germanische Religionsgeschichte?, in Beck’s Ergänzungsbände zum Reallexicon der Germanische Altertumskunde, Bd. 5, 1992
Vries, de J., Altgermanische Religionsgeschichte (AGR), band 1 en 2, 1956/57

Terug


Gerelateerde Artikelen

Media: De Maas en de Nehalenniatempel

Media: De Maas en de Nehalenniatempel Onderstaande media-items behandelen aspecten van het …

Achtergronden en doelstellingen van Nederlands Heidendom

Achtergronden en doelstellingen van Nederlands Heidendom Edele bezoeker, Hierbij willen wij — …

Pagina 'kop' — geen inhoud

Pagina ‘kop’ — geen inhoud Deze pagina op Nederlands Heidendom bevat momenteel geen …