Krimgoten: geschiedenis en vondsten van de laatste Gotische bevolking op de Krim
De Krimgoten — geschiedenis, nederzettingen en archeologie
Af en toe lees je een berichtje dat de nieuwsgierigheid kriebelt en je noopt tot verder onderzoek. Bij verder onderzoek blijkt dan dat die kleine glinstering de voorbode is van een schat aan informatie.
Ogier Gisleen van Busbeke (ook wel bekend als Augerius Gislenus van Busbequius of Ogier Ghiselin de Busbecq) sprak in de 16e eeuw met Krimgoten. Ogier was een Vlaamse humanist en diplomaat. In het najaar van 1554 werd hij door keizer Ferdinand I als gezant naar Constantinopel gestuurd. Hij nam zich voor te onderzoeken of de berichten die hij gelezen had, dat er nog Goten op het schiereiland in de Zwarte Zee leefden, klopten.
Tijdens zijn verblijf in Constantinopel vond hij weliswaar geen Gotisch sprekende Goten meer, maar wel een Goot die geen Gotisch meer sprak, en een Griek die de Gotische taal wel beheerste. De ondervraging die Ogier uitvoerde heeft hij vastgelegd in het vierde deel van zijn “Brieven uit Turkije” (Legationis Turcicae Epistolae quatuor), gedrukt in 1589. In die brief zijn 68 Krimgotische woorden en uitdrukkingen opgetekend, en daarnaast enkele getallen.
De twee bladzijden uit het vierde hoofdstuk van zijn boek bevatten deze optekeningen; de wetenschappelijke waarde daarvan is aanzienlijk. Een bron die Ogier mogelijk gelezen heeft is: http://www.uni-mannheim.de/mateo/camenahist/autoren/busbecq_hist.html
Oorsprong en verspreiding van de Goten
De Goten zijn van oorsprong een Zweedse stam die een roemruchte rol speelde tijdens de volksverhuizingen. Rond de jaartelling en 200 n.o.j. bewoonde de stam der Goten een gebied in het huidige Polen aan de monding van de Weichsel. Deze stam splitste zich: de Oostgoten vestigden zich in Zuid-Rusland tussen de Dnjestr, de Zwarte Zee en de Dnjepr; de Westgoten kwamen terecht in het gebied tussen de Donau, Zwarte Zee en de Dnjestr.
In het begin van de 5e eeuw verhuisden de Oostgoten naar het westen en uiteindelijk naar Italië. Echter, niet alle Oostgoten trokken mee; een afsplitsing van de Oostgoten vestigde zich in de tweede helft van de 3e eeuw in de vruchtbare streek ten zuiden van het Krimgebergte op het schiereiland Krim. Het door de Goten bewoonde gebied strekte zich uit in het zuidelijke deel van de Krim, in het bergachtige gebied tussen de huidige steden Sebastopol en Kertsch.
Doros / Dory en Mangup
De eerste schriftelijke overlevering die vermoedelijk de Krimgoten noemt, is een beschrijving van Boranische en Gotische zeevaarders die Trebizonde (in het kustgebied van Noordoost-Turkije) veroveren en plunderen in 257.
Dory (ook Dorij, Dori of Doros genoemd) was het zuidwestelijke deel van de Krim, een bergachtige kuststreek waar, volgens Prokopius, de Goten woonden die Theodorik niet naar Italië gevolgd waren. Ze bedreven er intensieve akkerbouw en leverden de Romeinse keizer 3000 soldaten. Het volk zal zo’n 15 tot 20 duizend zielen geteld hebben. Volgens Prokopius (geschiedschrijver van Justinianus) die in de 6e eeuw schreef, woonden ze eerst in steden zonder muren; later, toen de nederzettingen bedreigd werden, beschermden ze hun landerijen door lange muren.
Archeologische opgravingen tonen aan dat een versterkte stad ongeveer 20 kilometer ten oosten van Sebastopol het Gotische “Doros” is, dat Prokopius beschrijft. Tegenwoordig worden de ruïnes Eski-Kermen (oude vesting) genoemd. Doros werd in 962 vernield; daarna werd de stad verlegd naar Mankup (Mangup), dat in de 18e eeuw verlaten werd.
Dr. Aleksander G. Gertsen, hoofd van het departement geschiedenis te Simferopol, concludeert uit nieuw archeologisch onderzoek dat het historische Doros op het Mangup-plateau lag. Uit vondsten blijkt ook dat vanuit het zuidelijke deel van de Krim de schiereilanden Kertsj en Taman door Goten bewoond werden.
Wat uit de bronnen lijkt te volgen, is dat de Goten zich in het zuidelijke deel van de Krim vestigden: ze hadden landbouwnederzettingen in lagere vruchtbare gebieden en versterkingen in hoger gelegen strategische gebieden zoals Eski Kermen en Mangup-Kale. Zowel de streek als de versterkte nederzetting werd door de Goten Doros of Dory genoemd.
De vestingwerken op Mangup Kale
- De vogelvluchtweergave geeft een goed beeld van de locatie van de vesting Doros (Mangup Kale). Bovenin is de Zwarte Zee te zien, met Sebastopol.
- Uitzicht vanaf Mangup Kale.
- De vestingwerken omvatten plattegronden, huidige ruïnes en oudere prenten van gebouwen.
Historische berichten en latere ontwikkelingen
Een rapport van Wilhelm Ruysbroek uit 1253 vermeldt dat tussen Kersona en Solaria op de Krim veertig kastelen stonden, waarvan vele bewoond door Goten die de Duitse taal machtig waren.
De Duitse theoloog en humanist Johannes Cochleus (1479–1552) vermeldde dat een betrouwbare bron aan het hof in Constantinopel vertelde dat er op de Krim ongeveer driehonderd dorpjes waren waar mensen van Gotische herkomst woonden. Deze mensen spraken een eigenaardig Germaans dialect en waren christenen. Ze hadden een Gotische bisschop wiens residentie in Caffa (Theodosia) was. Ze noemden hun taal Gotisch.
De Krimgoten stonden onder de heerschappij van vele machten: Byzantijnen, Hunnen, Tataren en Turken. Toch wisten zij lange tijd hun taal te behouden. Rond 1780 merkte de aartsbisschop van Mogilev in Wit-Rusland op dat hij aan de zuidkust en bij Sebastopol “Tataren” aantrof die een taal spraken die op “Platduits” leek.
De uitroeiing van de Krimgoten begon onder Catharina de Grote. In 1783 verdreef Catharina de Turken van de Krim. Toen de Russen de Krim beheersten, werden bijna alle Krimtataren gedwongen te emigreren tussen 1783 en 1917. In 1944, midden in de Tweede Wereldoorlog, deporteerde het Sovjetregime de laatste Tataren naar Centraal-Azië.
Archeologische vondsten
Van de archeologische vondsten spreken vooral de Gotische adelaargespen tot de verbeelding. Voorbeelden omvatten ostrogotische gespen daterend uit de 4e–6e eeuw n.o.j. Deze gespen worden nog steeds opgegraven en illegaal verhandeld; een BBC-artikel uit 2000 over illegale handel in archeologische vondsten op de Krim wijst hierop.
Bijvoorbeeld: een gesp gevonden in het Tarnovka nekropolis in Mangup, Krim (7e eeuw).
Literatuur
- Gertsen, A. G., “The Fortress Ensemble at Mangup,” Research information on Archaeology, History and ethnology of the Taurid, pages 136–137.
- Schwartz, E., Germanische Stammeskunde, 1956.
- Stutz, E., Gotische Literaturdenkmäler, 1966.
- Vasiliev, A.A., The Goths in the Crimea, 1936.
Gerelateerde Artikelen
Marktplaats — Heidens Jaarboeken en merchandise
Heidens Jaarboek en merchandise Het overzicht hieronder bevat informatie over verschillende uitgaven …
Nehalennia-tempel laat Romeinse tijd herleven
Nehalennia-tempel laat Romeinse tijd herleven Artikel uit Provinciale Zeeuwse Courant van 10-07-2001 …
Sint Jan — Het midzomerfeest en volksgeloof
Sint Jan — Het midzomerfeest en volksgeloof SINT JAN. (Vanuit Nederlandsche Volkskunde, …